Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Afschot

Het lijkt wel een raadseltje: afschot is iets dat je het beste kunt zien wanneer het er niet is.
Raar maar waar, de hele flauwe helling die een dakgoot of een plat dak moet hebben om te zorgen dat het regenwater wegstroomt naar het laagste punt, is te gering om die te kunnen zien. Kortom: wanneer de helling wat al te flauw is, dan zie je het water in de goot of op het platte dak staan, je ziet dan duidelijk dat het afschot er niet is, of in ieder geval onvoldoende.
We gaan er dan wel vanuit dat de vergaarbak, die op het laagste punt moet aansluiten, niet verstopt is, want dan ligt het niet aan het afschot. Een goot is dus bijna 'plat', maar 'vals plat' zou een fietser zeggen.
Bij een plat dak kan het afschot oplopen tot 15%, steiler noemen we een flauw hellend dak.
Ook een buis moet op afschot liggen. Bij een waterleiding blijft er dan geen water in staan, wanneer je haar wegens strenge vorst leeg laat lopen. Bij andere buizen kan condens ontstaan en ook dat vocht moet weg kunnen lopen.
Water stroomt altijd naar het laagste punt. Dat is niet alleen zo in de dakgoot, ook bij een beek of rivier is dat zo. Dat 'natuurlijke afschot' noemen we verval.
Het afschot wordt ook wel 'schoot' genoemd.

Tekst: Jean Penders (12-2010). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders