Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Baldakijn

Van oorsprong is het baldakijn bedoeld als bescherming voor iets heel belangrijks. Boven de troon van een vorst werd een 'dakje' van een kostbare stof gehangen. Dat gaf niet alleen een verhoging van de status, het hielp ook tegen de rommel die in middeleeuwse gebouwen nogal een naar beneden kwam.
Een duurzamere vorm is in oude kerken te zien in de vorm van het stenen ciborium boven het altaar.
Om dezelfde twee redenen schuilen veel beelden aan middeleeuwse kerken onder zo'n paraplu (de onderkant is vaak een paraplugewelfje): statusverhogend en het helpt tegen de verwering. Aan de bovenzijde is het baldakijn in de romaanse kunst vaak van hele kleine torentjes of andere siermotieven voorzien. De gotiek kiest meestal voor de vorm van een pinakel.
Bij de portaalbeelden die tegen de wangen van het kerkportaal staan, zijn de baldakijnen heel nuttig. Ze vormen vaak met de aangrenzende kapitelen van de schalken een rijke zone. Het is komisch te zien dat ook de beelden van de archivolten vaak een voetstukje en een baldakijntje hebben, zelfs helemaal bovenin waar deze geen functie meer hebben.
Terug naar de textiele vorm: deze vorm van beschutting werd nog tot enkele eeuwen geleden toegepast boven het bed van de gegoede klasse. Met gordijnen kon men zich verder afgezonderen, beschermd tegen kou en soms ook tegen ongewenste blikken.




Tekst: Jean Penders (09-2006). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders