Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Polder

Voor velen is dit typisch Nederland: uitgestrekte polders met hun sloten, die met de hulp van gemalen op de ringvaarten afwateren. De polder staat of valt (verzuipt) bij de gratie van deze bemaling. Toen in de 17e eeuw de windmolen zover ontwikkeld was dat deze en masse gebouwd kon worden, veranderde Holland. Houtzaagmolens bepaalden de nieuwe 'industriële skyline' rond Amsterdam. En Nederland ging land veroveren door ook molens te bouwen, speciaal voor de strijd tegen het water. Kleine en grote meren en zelfs stukken van de zee werden omdijkt en met schepraderen heel, heel langzaam drooggelegd. De behoefte aan grond voor de landbouw was lang de belangrijkste drijfveer. Dat veranderde. Zonder inpoldering zou er nu geen overlast van Schiphol zijn; dit voormalige Haarlemmermeer is trouwens ook om een andere reden aangepakt. Het meer werd bij iedere storm groter en bedreigde Haarlem en Amsterdam. Als het zo doorgegaan was, zouden zelfs de duinen weggeslagen zijn en zou de kaart van Holland er nu heel anders uitzien.
Het beroemde Naardermeer is een merkwaardige polder. Toen hij eindelijk drooggemalen was en de eerste wegen aangelegd waren, stak een vijand de dijken door, en sindsdien is het weer een meer. Tot veler tevredenheid, overigens; het kan verkeren. De drooglegging van het grootste deel van de Zuiderzee heeft ons Flevoland opgeleverd en een wereldfaam als polderaars.
De ontwikkeling van de poldermolen en het stoomgemaal zijn bepalend geweest voor het polderverhaal.

Tekst: Jean Penders (01-2007). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Mark Woudstra